(Landelijke) Biddag 2020, de laatste keer dat de meeste van ons ‘normaal’ naar de kerk konden. De vrijdag erop werden er maatregelen afgekondigd. Wat is er in een jaar tijd veel veranderd! Zoveel dingen die vroeger normaal waren, zijn nu absoluut niet meer vanzelfsprekend. Wat zijn er veel redenen om Biddag te houden! Dat is altijd zo, maar nu des te meer. In deze blog vindt je tips om bezig te zijn rondom Biddag, zowel persoonlijk als met kinderen.
Geschreven door: Eline
Het is goed om bewust bezig te zijn met de Biddag. Laat het niet een dag zijn die er bij hoort en waarop je uit gewoonte naar de kerk gaat of een kerkdienst meeluistert. Juist nu de kerkgang niet zo vanzelfsprekend is, is er het gevaar om deze dag stilletjes voorbij te laten gaan. Hierbij wat handreikingen om bezig te zijn op en rondom de Biddag en dan specifiek over het thema ‘bidden’:
- Zoek uit waar Biddag vandaan komt. Een interview uit de Daniël van heel wat jaren terug vond ik heel verhelderend hierover.
- Maak voor jezelf een woordweb met als thema ‘bidden’. Schrijf zaken op waar je voor bidt. Goed om er later weer eens bij te pakken.
- Lees een week lang uit de Bijbel over het thema bidden en schrijf er je gedachten over op. Gebruik hiervoor de W-vragen: Wie, wat, waar, waarom, welke, wanneer. Gedeelten waar je je onder andere in kunt verdiepen:
- Exodus 33 – God spreekt met Mozes van aangezicht tot aangezicht;
- 1 Samuël 1 – Hanna bidt God vurig om een kind;
- Jona 2 – Het gebed van Jona in de vis;
- Mattheüs 6 – Aanwijzingen voor het gebed en het ‘Onze Vader’;
- Mattheüs 7 – Gebedsverhoring;
- Markus 14 – Jezus’ gebed in Gethsémané;
- Johannes 17 – Het Hogepriesterlijk gebed;
- Filippenzen 4 – Levenslessen van Paulus.
- Zing deze week eens wat meer Psalmen. Zoals Augustinus zei: ‘Zingen is twee keer bidden.’
- Handletter de tekst van de preek of een andere Bijbeltekst rondom het thema ‘bidden’.
- Lees de vragen over het gebed uit de Heidelbergse Catechismus door (vraag en antwoord 116 t/m 129) en schrijf gedeeltes over die je in deze week nog eens voor jezelf wilt herhalen.
Als je de Heidelbergse Catechismus erbij pakt, dan lees je dat het gebed een ernstige zaak is en helemaal niet zo eenvoudig als wij er vaak mee omgaan. Je ziet wel dat het gebed een ernstige zaak is en helemaal niet zo eenvoudig als wij er vaak mee omgaan. Dat begint al bij kleine kinderen: ze hebben soms geen zin om te bidden aan tafel of voor ze naar bed gaan. Ze kunnen ronduit weigeren om een zegen te vragen voor het eten. En dan? Wees je ervan bewust dat jij als ouder het voorbeeld bent en geeft voor je kinderen. Als jij geen tijd neemt om te bidden of als jij altijd hetzelfde formuliergebed opzegt, dan heeft dat invloed op de manier waarop je kinderen met het gebed omgaan. Tegelijkertijd is het een thema uit de geloofsopvoeding waar ze al jong mee in aanraking komen: bidden voor het eten, bidden voor het slapen gaan, etc. Hieronder vindt je een aantal (uitgewerkte) ideeën om mee aan de slag te gaan. (Het is lastig om een leeftijdsindicatie te geven wanneer je wat van onderstaande ideeën met je kinderen kunt doen. Ieder kind is anders. Schat zelf in wat jouw kinderen ‘aankunnen’.)
- Zing of leer met elkaar Psalm 81:12. In deze Psalm gaat het over het gebed. Kinderen die al een beetje kunnen praten en mee kunnen brabbelen, kun je al Psalmen leren!
- Leer met elkaar Mattheüs 7:7. Voor Bijbelteksten leren geldt hetzelfde als voor Psalmversjes leren: probeer het eens; je zult versteld staan wat een kind kan leren! Bij oudere kinderen spreek je ook met elkaar over de betekenis van de tekst. Je kunt bij deze tekst eenvoudig gebruik maken van gebaren:
- Bidt – gevouwen handen
- Gegeven – gebaar van open handen die iets aanbieden
- Klopt – denkbeeldig kloppen
- Opengedaan – open denkbeeldig een deur
- Zoekt – zet je hand boven je wenkbrauwen en tuur in de verte
- Vinden – til denkbeeldig iets op
- Vertel je kinderen iets uit je eigen ervaring met het gebed: Waarom bidt je? Wanneer bidt je? Wat bidt je? En met pubers: Vindt je het weleens moeilijk om te bidden? Wat doe je als je gebed niet verhoord wordt?
- Op www.bijbelsopvoeden.nl vindt je bijvoorbeeld kleurplaten, een deurhanger voor stille tijd en andere knutselwerkjes om bezig te zijn rond dit thema.
Hieronder een uitgebreid stappenplan van twee werkjes die ik vorig jaar in mijn gezin deed met een peuter en een kleuter. Wil je liever een download om uit te printen? Klik dan hier.)
Benodigdheden:
– Drie stevige vellen A4 papier
– schaar
– lijm
– stiften of kleurpotloden
– blad met picto’s
Doel:
De kinderen leren welke houding we aannemen als we bidden en waarvoor we mogen bidden.
Werkwijze:
Van tevoren:
– Zet alle spullen klaar op tafel.
– Print de bladen uit het bijbehorende document. Print het eerste blad met de zwart-witte picto’s twee keer uit.
Met je kind:
– Praat samen met je kind over bidden. Vragen om richting te geven aan het gesprek: Wanneer bidden we? Wat doen we als we bidden? Waar kunnen we bidden? Waarvoor kunnen we bidden?
– Pak nu de picto’s erbij.
– Vraag of je kind de volgorde kan neerleggen van de dingen die jullie doen als je bidt. Bijvoorbeeld: je handen leeg maken, handen samen, ogen dicht, luisteren naar papa die bidt, zelf bidden.
– Doe ditzelfde voor andere gebedsmomenten, bijvoorbeeld voor we naar bed gaan en als we in de kerk bidden.
– Bedenk welke twee ‘bidmomenten’ jouw kind het meeste doet. Bij ons is dat het bidden voor het eten en het bidden voor we gaan slapen.
– Plak de picto’s van die ‘bidmomenten’ in de volgorde die jullie aanhouden op papier. Doe dit naast of onder elkaar. Gebruik voor beiden twee keer een half A4.
– Hang de bladen op de plek waar je ze gebruikt, dus bijvoorbeeld bij de tafel en bij het bed.
Voor de volgende stappen kun je ook een ander moment gebruiken, zodat je twee keer kunt nadenken over het thema ‘bidden’. Sommige kinderen hebben niet zo’n grote spanningsboog of kunnen niet zoveel informatie tegelijk aan. Pas je aan aan het tempo van je kind, zodat je het meeste effect bereikt met je onderwijs.
– Pak nu het blad erbij met de lege vakjes waar in het midden staat: ‘Bidt en u zal gegeven worden’.
– Vraag aan je kind waarvoor we mogen bidden.
– Pak de gekleurde plaatjes erbij en plak die dingen op die je kind noemt. Ze kunnen ook zelf dingen tekenen.
– Je kunt ook gebruik maken van plakgom, zodat je steeds kunt wisselen.
Tips:
– Je kunt dit blad gebruiken als je (samen met je kind) een vrij gebed uit wil spreken. Leer kinderen ook zelf een gebed formuleren. Je kunt bijvoorbeeld eerst het gebed opzeggen wat jullie altijd bidden en het kind aansluitend daarop zelf iets laten formuleren. Bespreek voor je gaat bidden, wat het kind zelf wil vragen. Je hoeft natuurlijk niet alle vakjes te vullen met ‘gebedspunten’, dan wordt het wel heel veel voor een klein kind.
– Ga nog niet teveel in op dingen als: ‘Ik wil voor oma bidden (die niet meer leeft).’ Je kunt een klein kind niet begrijpelijk uitleggen waarom we niet voor bijvoorbeeld overleden mensen bidden. Wel kun je het op zo’n manier meenemen in het gebed, dat je aangeeft dat het kind verdriet heeft omdat oma niet meer leeft. Als je alleen zegt: ‘Daar bidden we niet voor’ of als een kind jouw uitleg niet begrijpt, dan kan het zich een verkeerd beeld vormen over het gebed.
Laat je op Instagram een berichtje achter wat je vond van dit artikel? En natuurlijk ben ik ook benieuwd naar jouw tips en ideeën!
Recente reacties